zaterdag 9 februari 2008

Rondreis & nieuwe weblog

De nieuwe weblog is te vinden op ilse2bolivia.flakkeeweer.nl. Dus zonder www. ervoor! Om in te loggen heb je een naam en wachtwoord nodig wat je kunt krijgen door te mailen naar ilsedeklerk@gmail.com ik stuur je dan zsm je naam en ww op. Hieronder volgt dus de laatste weblog op deze site, deze staat ook op de nieuwe site.


Het is al weer een paar dagen geleden dat ik mijn moeder heb uitgezwaaid op Viru Viru in Santa Cruz. We waren vroeg vertrokken (5 uur) vanwege het carnaval. Wat een verschrikkelijk feest is dat hier. De mensen doen niet veel anders dan zich klem zuipen om daarna hun mogelijke vertier te zoeken. Dat mogelijke vertier blijft niet bij ballonnen met water, pis, onuitwasbare verf of koeienbloed. Na 9 maanden worden de nodige carnavalskinderen geboren waarvan ze vaak niet weten wie de vader is. Voor degene die niet dronken zijn geweest is carnaval uiteraard ook niet echt een leuke tijd, maar ze zijn het er vaak toch eensgezinds over eens dat carnaval leuk is met veel, heel veel takkeherrie en drank. De volgende ochtend liep ik om negen uur naar Guido en Eline om een cd´tje te branden met foto´s en hen een goede reis te wensen (ze gaan ook voor 6 wkn naar Nederland). Langs de kant van de weg liggen dan jongvolwassen mannen vies hun roes uit te slapen. Bid alsjeblieft voor de Bolivianen dat ze in mogen gaan zien dat dit hun nooit het geluk zal brengen wat ze nodig hebben. Bid alsjeblieft echt en denk niet ´mooi dat dit er staat dat we voor ze moeten bidden´. Ik ben er vast van overtuigd dat deze mensen te redden zijn, maar dat ze veel gebed nodig hebben. Carnaval is het niet enige feest waarop de mensen dronken zijn en hun vertier zoeken. Na de carnavalstijd vasten de echte katholieken en doen boete in de kerk over de zonden die ze met carnaval hebben gedaan. Het is misschien dat ik er met mijn neus bovenop zit, maar het is echt om te janken en te bidden. Wie een beetje Spaans kent kan het woord carnaval vertalen. Of het waar is weet ik niet maar de mensen die het hier vieren zeggen ´gewoon´ het feest van carne (vlees) en diablo (de duivel). Zelf al zou dat te ver uit de duim gezogen zijn dan nog kan een kind hier zien dat er helaas een kern van waarheid inzit. Ik ben diep geschokt door de zedeloosheid in deze cultuur en de genade die God aan mij wil(de) schenken. Degene die het overdreven vinden moeten dat vinden, maar bedenk dat iedere ziel er één is voor de eeuwigheid. Bedenk dat wij diep gezegend zijn in Nederland. Waaraan hebben wij het te danken dat God met genade op ons neerziet?
Nadat we aangekomen waren in Santa Cruz zijn we een nachtje daar gebleven. Het regelen van de tickets was een groot gezeur. Uiteindelijk kwam dat (met name) door cultuurverschil. Ik wilde de tickets in handen zodat alles geregeld was. Hier wordt echter alles op het laatst geregeld (of soms niet). De mevrouw van ons reisbureau zou naar het vliegveld komen en de tickets afgeven. Aangezien Bolivianen ook nog eens altijd te laat zijn vertrouwde ik de boel van geen meter en bleef ik net zolang doorgaan tot ik via de vliegmaatschappij de tickets in handen had. De mevrouw woont namelijk ook nog eens in Cochabamba en die vliegt echt niet even over om mij tickets te bezorgen. Daarnaast was van het begin af aan afgesproken dat ik ze bij het hoofdkantoor van Aerosur af zou halen in Santa Cruz. Een hoop ongeduldige telefoontjes en uren wachten dus, maar uiteindelijk had ik ze nog niet. Een weekend dus naar Loma Alta waar mijn moeder Mariella, Veronica, Mirtha, Raoul en fam, het team en vele andere ontmoette. Het was voor mij echt fijn om iedereen weer te zien en vooral Mirtha had ik erg gemist, Zij is de lerares van de Engelse klas en ze heeft een engelengeduld, is lief en moedig! Na zondags weer voor het eerst hier naar de kerk te zijn geweest, anderen ontmoet te hebben, de spullen voor de creche afgegeven (de kinderen zijn er reuzeblij mee!) en bij anderen gegeten te hebben gingen we maandag op pad. Eerst in de nieuwe christelijke boekwinkel gekeken in Santa Cruz. Klein maar reuzemooi met een mooie schildering op de muur. Het was leuk om Frans en Ellen ook weer te zien. Weer naar Aerosur en eindelijk waren de tickets betaald. Wat bleek achteraf, als je ze via een achterdeurtje op het vliegveld geeft hoef je er soms geen belasting over te betalen en het is een hele eer als je je tickets kant en klaar geregeld op het vliegveld krijgt. De gebruiken in een land kennen is soms ook handig, maar ik leer steeds meer hier.
De reis naar Cochabamba was zo gebeurd en direct kwam ik al tot de conclusie dat Cochabambino´s heel wat duidelijker praten dan de mensen uit Loma Alta en dat het daardoor voor mij stukken simpeler is om terug te praten. Ik kon ze zowaar goed verstaan en kreeg zelfs een compliment over mijn uitstekende Spaans. Dat was een leuke ervaring want hier in Loma Alta struikel ik nog geregeld over mijn woorden en praten de mensen soms vlug en erg binnensmonds. Cochabamba was leuk, goed hotel, leuke baas die speciaal voor ons cappucino liet klaar maken waar we echt van gesmuld hebben. Naar de markt geweest met een nicht van Prof. Marco (de nieuwe kerkenwerker hier in Loma Alta, zelf een Cochabambino), met de teleferico naar de Cristo (de grootste!) geweest om een prachtig uitzicht te hebben over de stad. De laatste dag hebben we nog een rondrit gedaan door de stad om alles te bekijken. Kortom we hebben echt genoten van die paar daagjes en waren zodoende al een klein beetje aan de hoogte gewend (2500 m). Naar Uyuni was een hele ervaring. We gingen in een DC-3 wat een gaaf klein oud vliegtuigje. We waren maar met 7 personen en hadden prachtig uitzicht over de bergen, rivieren en meren. Alleen al de vlucht van anderhalf uur over dit magnifieke stuk land was meer dan de moeite waard. Vlak voor het landen kwam de salar in zicht die op dit moment vol water staat. Ik heb zelden zoiets adembenemends gezien. Het is alsof de horizon is wegvallen want alles weerspiegelt in dat grote zoutmeer, geweldig!!
De kou viel gelukkig mee hier op 3800 meter hoogte en we voelden ons ook prima. Eerst wat gegeten in een restaurant en cocathee gedronken. Daarna de wildernis in. Uren rijden langs rotsformaties, uitsgestrekte woesternij, meren. Kortom, eerlijk gezegd kan ik niet beschrijven hoe het was. Alhoewel het deze eerste dag regende en we 2 lekke banden hadden genoten we ontzettend. Na wat plaatsjes bezocht te hebben reden we uren zonder nog maar één levend wezen te zien. Om een uur of vijf had ik het echter helemaal gehad ineens en wou ik gewoon een warme douche en wat eten. Ik werd ook misselijk en voelde me niet meer op en top fit. Het was warm in de auto en onze chauffeur en gids aten gezellig door aan de cocabladeren wat op den duur lekker ging stinken en het duurde niet lang of de auto stonk naar coca. Raampje open dus ondanks de regen en dat hielp wel wat. Eindelijk na uren rijden door de woestijn (er groeit daar maar 1 soort plant meer, verder totaaaaaaaal niks) kwam er een hotel in zicht. Inmiddels zaten we op ruim 4700 meter hoogte. Wat waren we moe!! Maar wat een geweldige plaats om onze nacht door te brengen. Nog nooit in mijn leven heb ik zo´n woesternij gezien en dan daar middenin een hotel met een heerlijk bed en een warme douche. Al snel hadden we ons plekje gevonden bij het haardvuur waar we luisterden naar de verhalen van andere reizigers. Het waren er niet zoveel dus het was een gezellige bedoening. De volgende ochtend vroeg vertrokken we naar de geisers, het rode meer met zijn flamingo´s (rood als de zon erop schijnt en die scheen die dag de hele dag), Arbol de Piedra- een ongelooflijke rotsformatie zomaar neergesmeten in de woestijn- die ik zo mooi vond dat ik er bij ging staan overgeven. Tja, 4800 meter zijn wij Nederlanders toch niet helemaal gewend. Gelukkig heb ik er verder totaal geen last meer van gehad dankzij de vele cocathee en de hoogtepilletjes. Wel was ieder stukje klimmen flink hijgen. Gegeten bij de warmwaterbronnen waar ik niet meer dan mijn benen in heb gelaten. Genoten van het zonnetje en de schone lucht. En aan het eind van de middag kwamen we aan bij het groene meer wat groen is door de mineralen. Het observeren van de flamingo´s in Laguna Colorado was toch wel het leukste wat we die dag gedaan hadden. Deze dag waren we iets eerder bij het hotel daardoor was het mogelijk om ´s avonds met de eigenaar (26 jaar, dus als je niks meer weet om te doen in de bewoonde wereld kun je een hotel (helemaal van steen) gaan runnen in de woestijn) een discussie op te zetten over het communistische systeem en religie. Op dat moment baal je dat je niet wat materiaal hebt meegenomen om te laten lezen aan de mensen daar. Ze weten echt (haast) niks van de bijbel.
De volgende dag terug door de woestijn, langs de rotsformaties (langs een andere kant) naar een begraafplaats van treinen. Alle treinen die daar niet meer gebruikt worden staan daar te roesten. Apart gezicht zo midden in de middle of nowhere. Daarna door langs wat plaatsjes (leuk met al die mensen met die typische gezichten en klederdracht, vooral de kids). Uiteindelijk kwamen we in een plaatsje waar ze echt leefden van het zout van de salar (zoutvlakte). Er stond vanalles van zout, tafels, huizen, stoelen, souvenirs. Alleen de mensen zagen er vrij zoutloos (lett.J ) uit, verder leek alles wel van zout. Kinderen deden spelletje op een zoutbankje wat tegen een zoutmuur stond. Midden in het dorp reden wat vrachtautootjes (ja idd ook niet van zout) af en aan om zout op te halen.. kortom, zout, zout en nog eens zout. Die mensen zullen vast niet het spreekwoord hebben ´zo zout heb ik het nog nooit gegeten´. Na al dat zout kwam er nog meer zout want we gingen een stukje de salar op. (google maar eens op salar de uyuni voor een voorstelling). We hebben hier op zonsondergang gewacht(schitterend!!) en zijn daarna naar het hotel gegaan. Weer een goed hotel (helemaal van zout) met warm water en lekker eten. Hier zijn we gebleven tot dinsdags en daarna zijn we doorgevlogen naar La Paz. De luchthaven in Uyuni is ook een belevenis apart. Er staat een zouten gebouwtje waarin 2 tafels van zoutblokken staan. Daar staan dan 2 mensen achter die een haak vasthouden waar je je bagage aan kan hangen. Bovenaan de haak kun je zien hoeveel je bagage weegt (je mag niet meer dan 13 kg oid in totaal meenemen in dit vliegtuig). Als dat goed is wordt er iets op een papiertje gekrabbeld en krijg je een nrtje voor je bagage. Je bagage wordt aan de andere kant van de zouten tafel gezet en dat was het inchecken. Buiten wacht je tot alle kinderen die onder het vliegtuigje door fietsen en ernaast spelen zijn verdwenen. Dan is het blijkbaar tijd om in te stappen. De deur wordt naar beneden getrokken en ziedaar de trap om het vliegtuig in te komen. De bevolking loopt uit om te kijken hoe dit vliegtuigje over een platgestampt stuk aarde zal opstijgen. De motoren gaan aan, de propellors razen, het vliegtuigje heeft door de hoogte een lange aanloop nodig, het hobbelt over de grond, de mensen staren naar ons en ineens ben je los. Geweldig toch zo´n ervaring! Onder je schuift dat geweldige landschap waarin je hebt gezworven door. De bergen komen weer als olifantspoten te voorschijn en voor je het weet sta je na anderhalf uur alweer in Cochabamba. Hier heb ik snel mijn gekochte gitaar bij het hotel opgehaald en dat wordt het wachten op de vlucht naar La Paz. Ik had zulke verschrikkelijk moeie ogen. Eerst dacht ik dat het van de vermoeidheid kwam (ik was ook wel heel moe) maar na een bezoek aan de wc kwam ik tot de conclusie verschrikkelijk verbrand te zijn in de koele lucht in Uyuni. Dat gaat natuurlijk lekker op grote hoogte (ondanks het insmeren). Na 5 uur wachten, een bakje cappucino, internet en weer wachten hadden we eindelijk onze vlucht naar La Paz. Doodmoe kwamen we daar aan. Vervolgens kon de chauffeur het huisnummer niet vinden van de mensen waar we sliepen. Dan maar zelf uitstappen, vragen en zoeken. Uiteindelijk hadden we het. Het was kwart over één voor we gingen slapen. Natuurlijk deden we geen van beide een oog dicht na deze reis, weer op grote hoogte en alle drukte die gepasseerd was. ´s morgens moesten we er toch echt om 7 uur uit want we hadden een trip naar het titicacameer besproken. Het weer en opnieuw de schitterende tocht hielden ons prima wakker. La Paz, Copacabana waar de auto´s werden gezegend door de priester die heen en weer loopt te zwaaien met zijn water langs de met bloemen versierde auto´s, de heerlijke vis de we gegeten hebben, de heerlijke boottocht van Copacabana naar Isla del Luna (met Inca-ruines) en uiteindelijk de klim naar ons hotel op Isla del Sol. Het was allemaal geweldig en teveel om alles hier te beschrijven. De uitzichten moet je zien, dat heerlijke gevoel op het hoogst bevaarbare meer met de zon in je gezicht moet je voelen, de verweerde gezichten van de schippers, de bevolking die achter je aanloopt om souvenirtjes te verkopen in hun Aymarakleding (eindelijk weet ik het verschil tussen Aymara,Ketchua en mensen uit t lagere land). Kortom ik moet een eind maken aan deze blog al valt er nog zoveel te vertellen. Het heerlijke eten, de terugtocht, het wisselen van de wacht in La Paz de volgende dag, de kerken, de smalle straatjes in La Paz. Er is genoeg om ooit zelf te gaan bekijken.
Mijn moeder was nog 1 weekend in Loma Alta. Gelukkig was de weg droog na het weekend want het heeft weer eens ontzettend geregend en de weg is dan levensgevaarlijk. Één grote modderrivier waarbij je je hart vasthoud elke keer als je door een diepe plas moet. Haalt de auto het wel of niet. Dan kun je nog zo´n sterke vierwielaandrijver hebben en een hoge auto. Het gebeurd regelmatig dat auto´s het niet halen en vast komen te zitten in de modder. Dan is het echt wachten tot iemand je komt en kan helpen. Ook nu regent het weer en er staat een kip irritant te tokken voor mijn deur. Regen geeft me altijd iets triests hier. Ik kan in die dagen niet weg en de mensen vinden het nog steeds een te hoge drempel om hierheen te komen tenzij ik ze uitdrukkelijk uitgenodigd heb (wat ik al 20 keer heb gedaan, maar wat ik elke keer weer moet doen). Maandag begint de school weer, verder geeft mijn Spaanse cursus en mijn gitaar nog wat vertier. Hopelijk kan ik snel verhuizen naar de huisjes van de leraren. Dan heb ik wat meer mensen in de buurt. Daar heb ik wel zin in. Zo het is een ongelooflijk lange blog geworden, maar ik heb niet veel gelegenheid gehad om eerder te schrijven en waarschijnlijk zal het ook nu wel weer even duren. Het ga jullie allemaal goed en bedankt voor de fijne tijd die ik had in Nederland (veel mensen gesproken, veel ook niet, volgende keer hopelijk beter).

PS. De vraag voor Nederlandse plaatjes, spulletjes, dingetjes, bouwplaten, frustseltjes is nog steeds geldig! Als je iets vindt, ook al is het van internet of wat dan ook (ik heb hier ook geen printer) en de pc is te sloom om te downloaden (ik heb wel wat meegenomen vanuit Nederland maar een koffer is snel vol).